Lichtvoering fietsers 2021/2022

Fietsers in het verkeer zijn kwetsbaar. Daarom is het belangrijk dat zij goed zichtbaar zijn. Hiervoor is de campagne “AAN in het donker”. De regionale overheden en betrokken maatschappelijke organisaties zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van deze campagne fietsverlichting. De conceptontwikkeling voor de campagne en de ontwikkeling van de middelen in een toolkit wordt aangeboden door het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.

Sinds 2003 worden metingen verricht naar de lichtvoering van fietsers om de ontwikkeling te monitoren. In de maanden december 2021 en januari 2022 is opnieuw een meting uitgevoerd. Tijdens de duisternis (< 3 lux) en in de schemerperiode (3 tot 26 lux) is de lichtvoering van fietsers visueel geregistreerd. Er is onderscheid gemaakt tussen het voeren van voor- en achterlicht, tussen situaties waarin fietsers geen licht voeren (licht is uit of niet aanwezig) en situaties waarin dat wel het geval is. Tevens is gekeken of fietsers licht voeren conform de bestaande en officiële regelgeving.

In het onderzoek van december 2021/januari 2022 is in totaal van 14.554 fietsers de lichtvoering geregistreerd. Van deze fietsers voerde 78,3% voor- en achterlicht en voerde 76,8% licht conform de regelgeving. Dat is een stijging ten opzichte van de vorige meting; in december 2019/januari 2020 voerde 74% voor- en achterlicht en voerde 72% licht conform de regelgeving.

Er zijn tussen de steden verschillen te constateren in de mate waarin fietsers licht voeren. In de vier grote steden van Nederland (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) voeren fietsers gemiddeld minder vaak licht dan in andere steden. Wel is de lichtvoering in de vier grote steden significant gestegen ten opzichte van de vorige meting in december 2019/januari 2020 (van 67% naar 73%).

Er is een verband tussen de leeftijdsklasse en de lichtvoering van fietsers. Jongeren en jongvolwassenen voeren verhoudingsgewijs minder vaak licht op de fiets dan de fietsers die behoren tot de oudere leeftijdsgroepen. Vergeleken met de vorige meting in december 2019/januari 2020 is in alle leeftijdsgroepen de lichtvoering gestegen.

In de ochtenduren lag de lichtvoering iets hoger dan de lichtvoering in de avonduren. Onder fietsers op een elektrische fiets of speed-pedelec is de lichtvoering aanzienlijk hoger dan onder fietsers op een gewone fiets. Er zijn bijna twee keer zo veel elektrische fietsen en speed-pedelecs geregistreerd dan tijdens de vorige meting (aandeel ging van 10% naar 19%).
In het onderzoek van december 2021/januari 2022 was zowel het voor- als achterlicht door meer dan 99% van de lichtvoerende fietsers aan de fiets bevestigd.
Er wordt weinig gebruik gemaakt van de regelgeving uit 2008 waarmee het is toegestaan de verlichting op het bovenlichaam te bevestigen. Dankzij de regelgeving van 2008 was het aandeel fietsers dat tijdens het onderzoek licht voerde conform de norm 0,1% hoger dan het geweest zou zijn volgens de oude norm.

Datum rapport
25 maart 2022
Auteurs
Laurens, J., Prey, A., Timmermans, E.
Uitgever
Rijkswaterstaat, Water Verkeer en Leefomgeving (RWS, WVL)
Documentnummer
010649.20220325.R1.02