Bepaling van de overeengekomen lage rivierstand (olr) 1991.0 voor de Rijntakken

Het OLR-reductievlak is een vergelijkingsvlak van rivierstanden bij een zeer lage rivierafvoer. Het OLR-vlak loopt ongeveer evenwijdig met de rivierbodem. Vooral voor de scheepvaart is het OLR van belang. Door de Centrale Commissie voor de Rijnvaart (CCR) werd in 1947 en 1948 aanbevolen om voor de Rijn benedenstrooms van Keulen en op de Bovenrijn en Waal te streven naar een vaargeul die bij OLR 150 m breed is en 2,50 m diep is. Voor het stroomgebied van de Rijn worden een keer per 10 jaar nieuwe waarden voor het OLR-vlak vastgesteld. De waarden worden bepaald door de Directie Gelderland en vastgesteld door de CCR. Dit OLR-reductievlak wordt opgegeven aan de Centrale Commissie voor de Rijnvaart en tot de vaststelling van een nieuw OLR-vlak beschouwd als het officiele reductievlak. De officiele waarden zijn naar het jaar van vaststelling aangeduid; met bijvoorbeeld OLR 1982.0. Om in de pas te lopen met de vaststelling van de Overeengekomen Lage Waterstand (OLW) 1991.0 en het Laaglaagwaterspring (LLWS) 1991.0, welke berekend worden als slotgemiddelde van 1990 (voor het Tienjarig Overzicht 1981-1990), wordt het OLR 1991.0 in plaats van het OLR 1992.0 bepaald.

Datum rapport
1 januari 1992
Auteur
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie Gelderland (RWS, GL); J. Koolwijk
Uitgever
Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Rijkswaterstaat, Directie Gelderland (RWS, GL).
Annotatie
20 p.
fig., tab.
Nota 1992.1
Documentnummer
201386